Bij vloerverwarming wordt de ruimte niet door radiatoren, maar door leidingen in de vloer verwarmt. Er is een gelijkmatige temperatuur in de woonruimte en minder stroming van lucht, doordat de warmte wordt verdeeld over een groter oppervlak. Het energieverbruik is dus efficiënter dan bij radiatoren.

De vloerverwarming is vaak op de centrale verwarming aangesloten die er voor zorgt dat de temperatuur niet hoger wordt dan 45 °C. Het warme water stroomt door kunststof buizen, deze zijn in de vorm van een spiraal of meander gelegd. De spiraal zorgt voor een meer gelijkmatige warmte afgifte doordat de aan- een terugvoer steeds naast elkaar liggen.